zondag 27 februari 2011

De wil tot leven

Met hun meest recente trendy onderzoek naar bewustzijn en geest, betreden de neurowetenschappen het domein dat tot nog toe voor de filosofie was gereserveerd. En hoewel we erover moeten blijven waken dat ze daarbij niet vervallen in reducties, is het een goede zaak dat de band met het menselijk lichaam weer nauw wordt aangehaald, en al ons cultureel ingebedde geest / lichaam dualisme wat losser wordt.

We weten al dat de natuur, die niets weggooit, de hersenen in verschillende stadia heeft laten evolueren. De hersenen van de mens produceren gedrag, geest en bewustzijn, maar die van andere diersoorten slechts gedrag, soms ook geest maar niet altijd bewustzijn. Het hangt af van hun plaats in de evolutionaire boom.  Maar fundamenteel, op celniveau, ging het en gaat het er nog steeds om de efficiëntie te vergroten waarmee ons organisme - deze complexe gemeenschap van cellen - inspeelt op de invloeden van buitenaf en zo beantwoordt aan de gezamelijke drang van elke cel om te léven. (Verbaast het nog dat het Boeddhisme de geest als zesde zintuig beschouwt?) 

De parallellen met onze menselijke socio-culturele gemeenschap zijn legio. Haar sociale wortels liggen reeds vervat in onze cellen; de verbondenheid van alle levende wezens heeft letterlijk een fysieke oorsprong. De mens, én de mensheid, zijn elk een complexe levensgemeenschap: de mens levert met elke vezel van zijn lichaam de "blauwdruk voor de zienswijzen en intenties van de bewuste geest" (Damasio), en élke mens, zonder uitzondering, draagt bij tot de gemeenschap.

En in welk licht komen thema's als discriminatie, geestesziekten, eenzaamheid, zelfdoding te staan?